Er zijn grote verschillen in de methaan en ammoniakuitstoot tussen boerenbedrijven. Dit wordt onder andere veroorzaakt omdat dieren en zelfs gras onderling verschillen. Die verschillen bieden aanknopingspunten om de emissies van methaan en ammoniak in de periode naar 2030 (en daarna) te reduceren.
De oplossingen volgen vier sporen:
- Dierspoor: onderzoekt verschillen in de emissies tussen dieren. Verschillen voortkomend uit genetica (‘nature’) of het diermanagement (‘nurture’).
- Voerspoor: onderzoekt hoe voer en het totale rantsoen dat een dier vreet de emissies van methaan en ammoniak beïnvloeden.
- Stalspoor: onderzoek hoe technische en managementaanpassingen in de stal kunnen voorkomen dat methaan en ammoniak ontstaan.
- Mestspoor: onderzoekt hoe technische en managementoplossingen in de mestopslag en -aanwending kunnen voorkomen dat methaan en ammoniak ontstaan.